22 - Landbouw en voedselvoorziening: mechanisatie en agricultuur
Voedselvoorziening
Na de oorlog werd het platteland zo goed mogelijk ingericht voor het produceren van voedsel. In tegenstelling tot vandaag de dag was de zelfvoorzieningsgraad (het produceren van voedsel voor de eigen bevolking) van honderd procent namelijk nog niet bereikt. De Noordoostpolder werd, mede vanwege de vruchtbare grond en de gunstige pachtsituatie, de moderne bedrijfsstructuur, de goede infrastructuur én het soepel werkende drieluik van Onderzoek, Voorlichting en Onderwijs, algemeen gezien als hét ideale landbouwgebied.
Mechanisatie
Tijdens de oorlog werden zelfs nog even ossen ingeschakeld. De sector ontwikkelde zich snel. Schaalvergroting, mechanisatie en specialisatie waren het gevolg. De bedrijven werden voor een deel al spoedig na de uitgifte te klein (zie ook vensters 11 en 23).
Film: Maaiwedstrijden van de Oude Trekker en Motoren Vereniging op Schokland, op 12-06-2010.
Ontwikkeling nieuwe teelten
De bloembollenteelt heeft zich in de Noordoostpolder sterk ontwikkeld. De kwaliteit van de grond en het relatief milde klimaat aan het IJsselmeer lenen zich bij uitstek voor de teelt van met name tulpen, lelies en gladiolen. De grote oppervlakte aan tulpen biedt elk voorjaar een kleurenpracht. De Noordoostpolder kent in die periode het Tulpenfestival, dat veel mensen uit heel Nederland trekt. Zij rijden tijdens dit evenement de Bloembollenroute.
Film: De bollenroute, 26 april 2009.
De vollegrondsgroentesector concentreerde zich in het begin op specifieke bedrijven rond Ens, Marknesse en Luttelgeest. In de loop van de tijd is de teelt grootschaliger geworden en verplaatst naar akkerbouwbedrijven. Het oorspronkelijke areaal graan, bieten en aardappelen is ten dele vervangen door meer uien, witlof en peen.
Veehouderij
Verbreding
Organisaties
In het kielzog van de boeren vestigde zich een breed scala aan faciliterende bedrijven en instellingen. Voorbeelden daarvan zijn het Landbouwboekhoudbureau (nu Countus), aan- en verkoopverenigingen, verzekeringsbedrijven, banken, scholen en de Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting. Inmiddels zijn veel van deze bedrijven onderdeel geworden van grotere ook buiten de polder opererende bedrijven en instellingen. Een aantal heeft in de Noordoostpolder zijn hoofdvestiging zoals De Nederlandse Aardappelkeuringsdienst (NAK) en het coöperatieve aardappelhandelsbedrijf Agrico.
Handel
De handel vond voor een belangrijk deel plaats op de elke donderdag in Emmeloord gehouden beurs. Jarenlang ontmoetten boeren en handel elkaar daar voor de aan- en verkoop van onder meer granen, stro, aardappelen en uien. De beurs als handels- en ontmoetingsplaats werd in de loop der jaren van minder belang. Het belang van de beurs voor de prijsvorming van veel producten is echter nog steeds groot en is ook nu nog, voor kopers en verkopers, een vertrekpunt bij de onderhandelingen om te komen tot een goede prijs voor de agrarische producten.
Het grootschalig be- en verwerken van agrarische producten heeft onvoldoende basis in de Noordoostpolder gevonden. Melk- en suikerbietenfabrieken werden er bijvoorbeeld niet gevestigd. De economische basis was daarvoor te klein. Met als gevolg dat veel producten naar bedrijven buiten de poldergrenzen worden gebracht.
Toekomst
De hedendaagse land- en tuinbouw staat voor nieuwe opgaven, waarbij duurzaamheid en innovatie belangrijke begrippen zijn. De Noordoostpolder is nog steeds een vooraanstaand landbouwgebied en loopt in veel ontwikkelingen voorop.
Zeker bij de ook steeds groter wordende agrarische loonbedrijven. De perspectieven van de landbouw zijn relatief gunstig, vooral door de groei van de wereldbevolking en de toename van de vraag naar voedsel in grote opkomende economieën als China en India. De land- en tuinbouw zal ook in de toekomst een belangrijke bijdrage leveren aan de economische ontwikkeling van de Noordoostpolder.