Inleiding Raam I: het land wordt zee
Als je iemand vraagt wat er zo bijzonder is aan de Noordoostpolder, dan zal het antwoord vaak luiden: het is land dat gewonnen is op de zee. Waar nu akkers, dorpen en bossen zijn, klotsten nog geen honderd jaar terug de golven van de Zuiderzee. Onze betrekkelijk korte bewoningsgeschiedenis delen wij met de andere polders die in het kader van de Zuiderzeewet (1918) zijn drooggelegd: de Wieringermeer en Oost- en Zuid-Flevoland. En toch klopt het antwoord in de aanhef niet helemaal. Polders zijn geen ongewoon verschijnsel in Nederland: er zijn ongeveer 4000 polders en poldertjes in ons land. Het zijn niet allemaal zeepolders (maar dat is de Noordoostpolder op de keper beschouwd ook niet), en de meeste zijn ook wel wat ouder (sommige al 1000 jaar). Maar ook de 20e eeuw kende buiten de Zuiderzeepolders nog verschillende andere inpolderingen: de randen van het Kampereiland bijvoorbeeld zijn van ongeveer dezelfde leeftijd als de Noordoostpolder.
Heroverd land
Er is nog een kanttekening die we moeten plaatsen bij de gedachte dat er land is veroverd op de zee: er is feitelijk land heroverd. Want ook die zee is hier niet altijd geweest. Ooit heeft hier land gelegen, voor de zee kwam, en hebben hier mensen gewoond. Hun sporen zijn aan het licht gekomen na de inpolderingen: toen konden we opgravingen doen en hebben we overblijfselen gevonden van een bijzonder rijke en oude cultuur. We bevinden ons dan in de prehistorie: er zijn geen schriftelijke bronnen, alleen aardewerk, beenderen, visweren etc. Gedurende vele eeuwen bleven deze bodemschatten onaangeroerd omdat de bodem onder water lag.
Geologische bodemschatten
Datzelfde geldt voor de geologische bodemschatten, die zij aan zij met de archeologische vondsten in de polderbodem lagen. De eindmorenen (stuwwallen) van de voorlaatste ijstijd liggen in een wijde boog om de Noordoostpolder heen: Gaasterland, de Havelterberg, het Land van Vollenhove, de Veluwe. Scandinavisch zwerfgesteente schoof nog een stukje door, eindigde op de bodem van wat nu de Noordoostpolder is, en kon daar ook blijven rusten, onder water, niet verwijderd uit akkers en niet gebruikt voor gebouwen of wegverharding.
Als we schrijven dat er hier vroeger ook land is geweest, dan moeten we ons dat niet als land in de huidige betekenis voorstellen. De vele rivieren en kreekjes die het gebied doorsneden en soms overstroomden, maakten er meer een moeras van. In de tijd van de Romeinen had de afslag van de veengronden al zo ver doorgezet, dat de rivier die zij Flevum noemden in de zuidelijke kom van het Zuiderzeegebied het meer Flevo had gevormd. Met deze aanduidingen waren de Romeinen de eersten die over dit gebied berichtten.
Zuiderzee
Door menselijk ingrijpen in het omringende gebied en door natuurrampen ging dit gebied verloren, en zo ontstond in de twaalfde eeuw de Zuiderzee. De nieuwe omgeving bood nieuwe mogelijkheden, nieuwe middelen van bestaan en meer welvaart door handel en visserij. Ook daarvan zijn sporen in de bodem gevonden. Maar er werd op de Zuiderzee ook gevochten, bijvoorbeeld door de roofridders en valsemunters uit de burchten van Kuinre, die zichzelf verrijkten ten koste van anderen. Hun werkgebied was waar nu de Noordoostpolder is, hun woonstee kwam boven water bij de inpoldering van de Noordoostpolder.
Schokland
Ronduit rampzalig waren de grote stormen die op de Zuiderzee woedden en overstromingen veroorzaakten. Ze troffen het omringende land, maar ook de eilanden die in de Zuiderzee waren achtergebleven. Vooral de toestand van het eiland Schokland was in de eerste helft van de 19e eeuw precair geworden. De overheid achtte de situatie zo gevaarlijk, dat men in 1859 tot evacuatie overging. Het eiland bleef bestaan, tot aan de inpoldering, en werd toen opgenomen in de Noordoostpolder. Als we teruggaan naar de vraag die we aan het begin stelden: wat is zo uniek aan de Noordoostpolder?, dan moet het antwoord luiden: dat het een inpoldering is waarin een oud eiland is opgenomen. Die karakteristiek onderscheidt de Noordoostpolder van alle andere polders.
Film: Schokland. Van eiland naar polder.